Welke musea deden mee?
Herkomstonderzoek door 163 musea
Musea waarvan de collecties zich leenden voor herkomstonderzoek hebben deelgenomen. De bereidheid om mee te doen was groot. De musea hebben allen zelf het herkomstonderzoek uitgevoerd. Zij onderzochten hun collectie op werken waarvan een vermoeden bestond dat het ging om roofkunst of verkoop onder dwang. Met name schilderijen, maar ook tekeningen, belangrijke meubelstukken of zilveren voorwerpen kwamen voor onderzoek in aanmerking omdat het objecten zijn met unieke herkenbare eigenschappen.
Een kleine 400 musea lieten weten dat hun collectie niet voor onderzoek in aanmerking kwam. In kleinere instellingen, streekgebonden musea of oudheidkamers bevinden zich meestal objecten of kunstvoorwerpen met weinig individuele karakteristieken, zoals tegels, prenten en kleine gebruiksvoorwerpen. Daarbij is het vrijwel altijd onmogelijk een herkomstgeschiedenis te reconstrueren. Botanische en agrarische collecties vielen buiten het onderzoek. Ook musea voor moderne kunst met enkel kunstwerken in de collectie die na 1945 vervaardigd werden, hadden geen reden hun collectie te onderzoeken. Ook de reactie van deze musea is op de website te vinden.
Overzicht van alle musea
Voor een overzicht van alle reacties op de uitnodiging om deel te nemen aan het onderzoek, zie Musea.