Herkomstonderzoek naar museale collecties in verband met roof, confiscatie of gedwongen verkoop in de periode 1933-1945

menu Skip over navigation | Sla menu over

Rapport Museale Verwervingen 1940-1948

4. Museale Verwervingen in de periode 1940-1948: de knelpunten

Introductie

De honderden musea die een bijdrage hebben geleverd aan het onderzoeksproject, hebben met hun reacties een grote hoeveelheid gegevens bijeen gebracht over de collectievorming en het functioneren van de Nederlandse musea in de periode 1940-1948. Ten aanzien van de primaire vraagstelling, namelijk de vraag naar mogelijk problematische of discutabele verwervingen in de periode 1940-1948, werd door de individuele musea belangrijke informatie aangedragen.

Hoewel elke museumverwerving zijn eigen specifieke omstandigheden kende, zijn er een aantal grote lijnen aan te geven in de door de musea gemelde twijfel- en probleemgevallen. Zekere overeenkomstige situaties, keuzes en handelswijzen kunnen ertoe hebben geleid dat musea voorwerpen met een problematische herkomst hebben verkregen. In dit vierde hoofdstuk worden de aandachtspunten besproken die bij het project Museale Verwervingen 1940-1948 naar voren zijn gekomen. De nadruk ligt daarbij op het schetsen van de context en het verstrekken van achtergrondinformatie die relevant is voor een juist begrip van de afzonderlijke gevallen, die later per museum in detail worden besproken. Tevens kan dit hoofdstuk informatie bieden aan Nederlandse musea die het herkomstonderzoek wensen voort te zetten of hiermee een aanvang willen maken. Het laat zien welke factoren extra aandacht verdienen bij bestudering van de museale verwervingen uit de periode 1940-1948.

Lees verder over de Nederlandse museumwereld tijdens de bezetting